Nee, dat hoeft zeker niet. Het is juist leuk om het een beetje te leren.

Je krijgt instructie en je voert altijd maar 1 taak tegelijkertijd uit. Zeilen hijsen, de fok bedienen of de stagen verzetten. Onze matroos legt het je graag uit en houdt tijdens het zeilen de zaken goed in de gaten.

Als je je toch wilt voorbereiden, kun je deze deze pagina’s meer lezen over:

• Taken aan dek
• Scheepstermen
• Fok bak

Hoeveel we gaan zeilen is afhankelijk van een aantal zaken:

Het vaargebied, het soort reis, de bemanning, het weer.

Het vaargebied

Op de reizen over het Oostwad (Go with the Flow vanaf Lauwersoog, Eiland Hoppen) zijn de vaarafstanden relatief kort. Ook is dit een ondiep gebied, waardoor je erg rekening moet houden met het getij en daarmee de diepte van het water. Dan kan het zijn dat de motor vaker aan moet.

Op de reizen over het Westwad (Go with the Flow vanaf Harlingen) en de jubiliemreis door Zeeland in 2024) hebben we ruimer en dieper water, zijn de afstanden langer en zullen we dus meer zeilen.

Het soort reis

Op de reizen met kinderen, zoals Eiland Hoppen, maken we minder lange tochten. Ook zullen we bij harde wind niet zo snel gaan zeilen. Voor kinderen hoeven die lange zeiltochten niet zo nodig, en onze actieve bemanning – de ouders – is dan ook kleiner.

De bemanning

Een schip is zo zeewaardig als zijn bemanning. We hebben voor het varen zeker 6 actievelingen nodig. Het vraagt geen ervaring, maar wel kracht en natuurlijk oplettendheid. Als er bijvoorbeeld maar 6 gasten zijn, waarvan er 2 een lichamelijke beperking hebben, dan moeten we ons zeilplan aanpassen. Gelukkig zitten onze reizen meestal vol.

Het weer

Om te kunnen varen heb je water nodig en gunstige wind. Dus varen we op het getij (als het water hoog staat), om ondieptes te kunnen bevaren. We hebben ook een wind uit de goed richting nodig. Met tegenwind kun je uiteraard ook zeilen (kruisen tegen de wind in) maar niet elke geul is breed genoeg om dat te kunnen doen. En dan moet je ook geen stroom tegen hebben, want daar kom je niet tegenin.

De wind moet ook niet te hard zijn. De wind in de rug met windkracht 6 is goed te doen; met alleen een fok kom je dan nog prima en veilig vooruit. Ook kunnen we de zeilen dan reven (=kleiner maken) zodat het niet te ruig gaat. Maar kruisen met windkracht 6 is een ander verhaal. Dat doen we alleen als het echt niet anders kan. Boven windkracht 6 varen we niet uit. In dat geval zoeken een goede plek om toch een mooie vakantiedag te beleven.

Dit schip vaart al 117 jaar. Het is een stevige stalen bak, die gebouwd is voor zware vrachten en alle weertypen. Die kan dus wel wat hebben.

Maar dat is niet genoeg….

Elke twee jaar worden onze zeilen, het tuigage en de mast verplicht gekeurd. De brandmelders en brandblussers worden tweejaarlijks gekeurd, net als onze motor en installaties. We zijn CVO gecertificeerd, een soort APK voor schepen.

Meer lezen over veiligheid.

Paul is een voorzichtige schipper en past de koers en het zeilschema aan op de bemanning: als de bemanning onervaren is, houden we het rustig.

Het grootste deel van de veiligheid heb je zelf in de hand: opletten met aan boord stappen, opletten op de touwen en natuurlijk altijd direct doen wat de schipper zegt. Hij houdt het goed in de gaten. Aan boord zijn natuurlijk zwemvesten, brandblussers en reddingsboeien. Voor de afvaart krijg je veiligheidsinstructie.

De kans dat je zeeziek wordt op de Waddenzee is heel erg klein, zeker aan de Oostkant van de Waddenzee; het gebied waar wij voornamelijk varen. De zee is daar namelijk erg ondiep en daardoor is ook de golfslag kort en beperkt.

Uiteraard kan het ook op de Waddenzee hard waaien en flink spoken, maar bij ruig weer varen we niet uit.  Je hoeft dus niet bang te zijn dat je zeeziek wordt.

Bekijk om te beginnen het weerbericht voor Noord Nederland en pas je reisbagage daar op aan.

Wat altijd in je tas moet zitten:

• Een waterdicht windjack en voor de actieve zeilers een zeilpak
• Vest of trui
• Gympen of sneakers met goede grip op gladde ondergrond
• Zonnebril, pet en zonnebrandcrème
• Een handdoek

Neem geen koffer mee, maar een tas. Koffers kun je in de hutten niet goed kwijt.